Deze ringen zijn uit schelpen gesneden. Zij worden bij de Abelam, een volk in het noorden van Papoea Nieuw-Guinea, door mannen om de bovenarm gedragen ter gelegenheid van hun initiatie.
gelegenheid van hun initiatie.
De ringen maken deel uit van de versieringen waarmee jonge mannen worden getooid na hun initiatie in het ceremoniële huis. In vol ornaat worden zij buiten aan de vrouwen en kinderen, die het ceremoniële huis niet mogen betreden, getoond. Hun gezichten zijn beschilderd en zij dragen verschillende ceremoniële sieraden. Daardoor lijken zij op de beelden en schilderingen van voorouders, die zij tijdens hun initiatie te zien hebben gekregen. Zij treden als het ware op als tijdelijke reïncarnaties van de voorouders. Voor de Abelam zijn de feestelijk getooide mannen een groter 'kunstwerk' dan de houten kunstvoorwerpen in het mannenhuis.